Zakelijk, Arbeid, Schade
Particulier
Mijn echtgenoot en ik werken beide voor een BV. Mijn echtgenoot als aandeelhouder en ik als werknemer. Vorig jaar is de BV om niet overgenomen; verdeling aandelen 51%voor een partner, 24,5% voor een tweede partner en 24,5% voor mijn echtgenoot.
Mijn echtgenoot heeft nog een bedrag van 39.000 tegoed als achterstallige management fee, opgenomen in de jaarrekening. Hierover is m.b.t. uitbetalen niets vastgelegd. Wij hebben dit geld nu nodig vanwege achterstallige OB VPB en LB, maar de aandeelhouder (51%) weigert dit te betalen tot alle schulden van de BV zijn voldaan.
Mijn echtgenoot krijgt dwangbevel op dwangbevel en besalglegging vanuit de belastingdienst, maar de aandeelhouder is onverwurmbaar. Wij willen graag op goede voet met de aandeelhouder verder. Hoe kunnen wij dit oplossen, wat zijn onze rechten?
Mijn echtgenoot heeft nog een bedrag van 39.000 tegoed als achterstallige management fee, opgenomen in de jaarrekening. Hierover is m.b.t. uitbetalen niets vastgelegd. Wij hebben dit geld nu nodig vanwege achterstallige OB VPB en LB, maar de aandeelhouder (51%) weigert dit te betalen tot alle schulden van de BV zijn voldaan.
Mijn echtgenoot krijgt dwangbevel op dwangbevel en besalglegging vanuit de belastingdienst, maar de aandeelhouder is onverwurmbaar. Wij willen graag op goede voet met de aandeelhouder verder. Hoe kunnen wij dit oplossen, wat zijn onze rechten?
De vraag is of er sprake is van (alleen) achterstallige managementfee, of een achtergestelde lening voor de achterstallige managementfee. In het laatste geval hoeft de B.V. de vordering inderdaad niet te betalen tot alle schulden van de B.V. zijn voldaan. In het eerste geval moet de B.V. gewoon betalen en kunt u, als u de gemaakte afspraak en de omvang van de vordering kunt bewijzen (de vordering staat als het goed is als schuld op de balans van de B.V.), de kwestie aan de rechter voorleggen. U zet daarmee wel de verhouding met de 51%-aandeelhouder op het spel.