Stel vraag

Wonen, Buren

Particulier


In onze straat is een woonhuis verkocht aan mensen wiens achtererf grenst aan deze woning. Zij hebben een vergunning ontvangen om de voorgevel van dit pand te vervangen voor een openscharnierende gevel. Daarnaast hebben zij een uitritvergunning ontvangen, waarvoor een groenvoorziening uit onze straat verwijderd moet worden. Deze laatste hebben we tevergeefs aangevochten. In eerste instantie was het de bedoeling om een garage te maken in het gedeelte wat nu woonkamer is, naast de garage en carport die zij op hun aangrenzende erf hebben en die bij hun hoofdverblijf hoort. Om de bestemming ' wonen' te handhaven is op de eerste verdieping een natte cel getekend. We kregen onderstaande tekst van een gepensioneerde ambtenaar die ons te hulp is geschoten.

"Kijkend naar de begripsomschrijving van ‘woning’ en ‘woonhuis’ is het creëren van een garage in het woonhuis ten behoeve van iemand anders, volgens mij wel in strijd met de betekenis die in deze begripsomschrijvingen wordt gegeven, namelijk dat sprake moet zijn van ruimten die uitsluitend bedoeld zijn voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden. Volgens de bedoeling van aanvrager wordt hier echter een situatie gecreëerd, waarbij de ruimte in het hoofdgebouw wordt opgedeeld ten behoeve van twee verschillende ‘huishoudens’, namelijk de garage voor een huishouden die ergens anders verblijft of woont, of zelfs helemaal geen huishouden vormt, maar een zakelijk belang vertegenwoordigt en de rest van het woonhuis voor de hoofdbewoner. Je kunt daarmee ook moeilijk staande houden, dat daarmee het woongenot van de hoofdbewoner(s) wordt vergroot."

Nu onze vraag:
De aanvrager heeft nu op de tekening laten zetten dat de ruimte op de begane grond een "overige gebruiksruimte" is ipv garage. Blijft het argument hierboven genoemd, van de ambtenaar hierdoor overeind?
De 'woonruimte' op de eerste etage is erg klein en bestaat uit 1 enkele kamer, dus de eigenaar zal er niet gaan wonen, aangezien deze groot herenhuis bewoont met zijn/haar gezin.

het argument blijft niet overeind, tenzij de feitelijke situatie anders is.
Uiteraard is van belang of de woning i.c. de natte cel al dan niet wordt bewoond

Ik ken, lees, niet alle details maar ik krijg de indruk dat er oneigenlijk gebruik van recht wordt gemaakt.

Beoordeel dit antwoord:

Reactie van de vraagsteller

Ik begrijp uw antwoord niet helemaal.... ook best wel lastig voor u lijkt mij om een ingewikkeld probleem op deze manier te doorgronden. Begrijp ik het goed dat het betreffende pand dat als bestemming 'Wonen' heeft, ook daadwerkelijk bewoond moet worden door een enkele huishouding? Het woongedeelte (lees natte cel, keukenblok, toilet en woonruimte) op de eerste etage zal niet door de eigenaren bewoond worden omdat hun hoofdverblijf in de aangrenzende woning zal zijn, lees 'groot herenhuis' . De begane grond, nu als ' overige bedrijfsruimte' benoemd (maar dit zal toch echt een garage gaan worden, want waarom anders een inritvergunning aanvragen en een scharnierende gevel inbouwen) zal wel voor de eigenaren bestemd zijn. In mijn optiek zal er dus een opsplitsing plaatsvinden ten behoeve van verschillende huishoudens. En dat kan volgens mij niet de bedoeling zijn? In de vergunning staat nl. dat het alleen voor eigen gebruik is maar hoe kan dat als hun hoofdverblijf op een ander adres is? Je kunt toch maar op 1 adres ingeschreven staan?


ik heb de indruk dat op oneigenlijk grond de bestemming wonen wordt gecreëerd.

Op grond van schriftelijke stukken kan ik meer gedetailleerd adviseren.

het is inderdaad niet mogelijk om op meerdere adressen te zijn ingeschreven bij de afdeling bevolking.

Beoordeel dit antwoord:


Gratis antwoord op juridische vraag

Stel vraag