Stel vraag

Overheid, Gemeente, Vergunning

Particulier


Ruim 30 jaar geleden kochten mijn ouders een pand met bijbehorende opstalling o.a.een kleinere woning, op het zelfde erf wel te verstaan. De kleinere woning was ten tijde van de koop al jaren permanent verhuurd geweest. (al zo'n 20 jaar)
Mijn ouders wilden echter het gehele pand voor zichzelf en zegden de toenmalige huurder de huur op. Vervolgens kwam ná het opzeggen van de huur een melding van de gemeente dat bewoning van het desbetreffende gedeelte niet zou zijn toegestaan. Ouders gingen in bezwaar én hoger beroep en werden tenslotte in het gelijk gesteld.
Zij ontvingen een brief waarin stond omschreven (quote) "Gelezen het advies van de raadscommissie voor beroep- en bewaarschriften is de raad tot de conclusie gekomen, dat een woonvergunning achterwege kan blijven. Geconcludeerd is dat een "voortgezet" gebruik van het pand voor bewoning is toegestaan." (einde quote)

1 jaar later (nu ruim 24 jaar geleden) hebben we het ouderlijk huis overgekocht. Al die tijd hebben mijn ouders gebruikt gemaakt van het kleinere woongedeelte. Zowel gemeente, provincie als heft belastingen over het gedeelte als zijnde een zelfstandige woonruimte. In eerste instantie gebruikte de gemeente een extra toevoeging bij het originele huisadres om aan te tonen dat het om het kleinere gedeelte ging, sinds 2012 besloot de gemeente om er zelfs een 2e adres op te zetten.

Sinds het voorjaar staat het kleinere gedeelte leeg ivm overlijden van beide ouders.
Nu zegt de gemeente dat we niet het recht zouden hebben om het gedeelte te gaan verhuren.

Hoe zit dit wettelijk nu precies in elkaar?
Ook gezien het besluit dat we (mijn ouders) 25 jaar geleden van de gemeente ontvingen?

Het kan zijn dat destijds sprake is geweest van een gedoogsituatie die slechts uw ouders een persoonlijk "recht" gaf om in de woning te mogen gaan wonen. Nu na het overlijden van uw ouders de situatie is gewijzigd, is het gedoogrecht dus komen te vervallen en wordt op basis van het thans geldende bestemmingsplan beoordeeld welk gebruik van de voormalige "woning" van uw ouders nu wel/niet is toegestaan.
Mijn advies is om met de gemeente in overleg te gaan en om samen met de gemeente te bekijken wat de mogelijkheden zijn om de kennelijk al tientallen jaren bestaande gedoogde, maar illegale situatie te legaliseren en zo ja wat voor u hiervan de (financiele) consequenties zijn.

Beoordeel dit antwoord:

Reactie van de vraagsteller

Hartelijk dank voor uw snelle toelichting.
In hoeverre het een "persoonlijk recht" zou zijn, vraag ik me af. Een dergelijk recht komt dan toch te vervallen bij verkoop?
Daarbij wordt zowel het schrijven van de gemeente als in het pre-advies, gegeven door de commissie van Beroep en Bezwaarschriften, niet benoemd dat dit "recht" persoonlijk zou zijn of zou eindigen op het moment van verkoop of overlijden.

Hierbij het pre-advies van de commissie welke misschien nog iets meer duidelijkheid verschaft ten aanzien van het besluit.

(quote): De commissie concludeert dat het onderhavige pand feitelijk vanaf den beginnen als woonhuis heeft dienst gedaan. De commissie adviseert te constateren dat voor het onderhavige pand geen woonvergunning is vereist. Het gaat hier niet om "het voor het eerst in gebruik nemen als woonverblijf van een pand dat laastelijk niet of wederrechterlijk als woonverblijf werd gebezigd", zodat een woonvergunning als bedoeld in art. 55 van de woningwet niet is vereist.
De commissie merkt nog op, dat naar haar oordeel de planologische status van het pand "bevroren" moet blijven. Het pand mag geen uitbreidingsmogelijkheden krijgen op het moment, dat een bestemmingsplanwijziging aan de orde mocht komen.
Gelezen het advies van de raad, voornoemd, stellen wij u voor conform dit advies te besluiten en ....... mede te delen dat een woonvergunning achterwege kan blijven en dat "voortgezet" gebruik van het pand voor bewoningsdoeleinden is toegestaan. Er op wijzend dat het pand geen verdere uitbreidingsmogelijkheden zal worden geboden.


Ik begrijp dat destijds is geoordeeld dat voor het bewonen van het pand door uw ouders geen woonvergunning (ex de Woningwet) nodig was.
Ook lees ik dat naar oordeel van de commissie:
de planologische status van het pand "bevroren" moet blijven. Het pand mag geen uitbreidingsmogelijkheden krijgen op het moment, dat een bestemmingsplanwijziging aan de orde mocht komen.
De vraag is nu dus op welke grond de gemeente stelt dat u geen recht zou hebben om het gedeelte te gaan verhuren.
Ik adviseer u om de gemeente inzake deze kwestie om een schriftelijk stuk (brief of e-mail bericht) te vragen waarin duidelijk wordt aangegeven op welke juridische grondslag u niet het recht zou hebben om de voormalige woning van uw ouders te mogen verhuren. Gezien het bovenstaande lijkt mij het "verhuuurverbod" niet kunnen zijn gebaseerd op de Woningwet. Wel zou sprake kunnen zijn van een huisvestingsvergunning (die de huurder dan moet zien te verkrijgen), zie: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/huurwoning/vraag-en-antwoord/huisvestingsvergunning
Blijft dat, zoals ik al heb geschreven, dat het ook kan gaan om een "gebruiksverbod", omdat op basis van het bestemmingsplan het gebruik als woning niet is toegestaan.

Beoordeel dit antwoord:


Gratis antwoord op juridische vraag

Stel vraag