Uit de geldende jurisprudentie volgt blijkt dat de houder van een oudere handelsnaam in bepaalde gevallen met een beroep op onrechtmatige daad (6:162 BW) met succes kan verzetten tegen het gebruik van overeenstemmend jonger merk. Het mogelijke gevaar voor verwarring tussen de overeenstemmende oudere handelsnaam en het jongere merk is daarvoor onvoldoende. De houder van een oudere handelsnaam dient telkens feitelijke bijkomende omstandigheden te bewijzen op grond waarvan het gebruik van het met de oudere handelsnaam overeenstemmend teken als (jonger) merk in het betreffende geval daadwerkelijk onrechtmatig is.

De registratie als handelsnaam bij de kamer van koophandel is niet relevant, het recht op een handelsnaam ontstaat door het gebruik naar buiten toe. Dat kan op verschillende manieren: gebruik op briefpapier, gevel, website, visitekaartjes, facturen, in e-mailadressen. Als u daarmee eerder was dan de ander legt de handelsnaam van de ander het af tegen uw handelsnaam als sprake is van verwarringsgevaar bij klanten. Dat verwarringsgevaar kan er alleen zijn als uw klanten uit dezelfde regio komen en er sprake is van overlap in aanbod van goederen/diensten. De ander heeft echter ook een merk. Als andermans handelsnaamgebruik eerder was dan uw handelsnaamgebruik, maar zijn merkdepot later dan uw handelsnaamgebruik, is het merkdepot van de ander te goeder trouw (want eerder recht dmv eerdere handelsnaam) en is het mogelijk dat daardoor een beter recht is gecreëerd zodat hij zijn merk mogelijk tegen uw handelsnaam inzetten (maar ook weer, 5a handelsnaamwet, indien sprake is van verwarringsgevaar). Kern van het verhaal is dus: wie was er het eerste met het gebruik als handelsnaam naar buiten toe. Daarbij kan nog een rol spelen dat de ander misschien een onderneming inclusief handelsnaam heeft overgenomen en alleen die onderneming in een nieuwe BVBA heeft ingebracht, het handelsnaamrecht is dan ouder dan de inschrijving doet vermoeden. Dan hebben we nog het merk van de ander versus uw gebruik als merk; als uw gebruik als merk eerder was dan het merk van de ander, kan de ander niets tegen uw gebruik als merk doen. Als u kunt bewijzen dat de ander ten tijde van het merkdepot wist of moest weten dat u het eerder als merk gebruikte dan hij, kan u het merk van de ander laten vernietigen.