Een aantal mensen is de mogelijkheid aan het verkennen om zorgwoningen te realiseren. De betreffende grond is in 1983 in erfpacht gegeven aan een Recreatieschap. De erfpacht loopt af in 2043. In de akte van 1983 is een regeling opgenomen voor een vergoeding voor door de erfpachter gedane investeringen bij beëindiging/aflopen van de erfpacht. De erfpachter heeft recht op een vergoeding van de vervangingswaarde van investeringen gedaan tijdens de laatste 10 jaar van de erfpacht. De erfpachter wil de grond wel uitgeven in ondererfpacht tot 2043, maar met de voorwaarde dat de ondererfpachter geen recht op vergoedingen heeft bij einde erfpacht. We hebben twee vragen: Geldt voor de ondererfpacht art 5:99 BW? En als dat niet zo is en het oude BW van toepassing is, heeft de ondererfpachter recht op dezelfde beëindigingsvergoeding als de erfpachter?