Stel vraag

Wonen, Buren

Particulier


In 1927 heeft de gemeente Den Haag grond verkocht aan de Gereformeerde Gemeente voor het bouwen van de Valkenboskerk. Als erfdienstbaarheid is opgenomen, dat de grond uitsluitend gebruikt mag worden voor de bouw van een kerk. De kerk én de grond is verkocht aan een projectontwikkelaar, die de kerk sloopt en 52 woningen op de grond bouwt. De gemeente Den Haag gaat akkoord en vraagt de gemeenteraad het bestemmingsplan te wijzigen van 'maatschappelijk' naar 'wonen'. De verkoop is gedaan onder voorwaarde van de bestemmingswijziging. Wat betekent dat voor de erfdienstbaarheid? Kan de grond überhaupt verkocht worden met deze erfdienstbaarheid? Moet de erfdienstbaarheid apart opgeheven worden en hoe dan? Wie heeft recht op de aanzienlijke waardevermeerdering van de grond, nu deze voor woningbouw gebruikt gaat worden?

Wijziging van de erfpachtvoorwaarden zal met medewerking van de gemeente moeten gebeuren. Indien de gemeente hieraan geen medewerking wil of kan verlenen heeft de erfpachter op grond van In artikel 5:97 BW de bevoegdheid n de rechter te verzoeken het recht van erfpacht te wijzigen of op te heffen. Dit kan op grond van onvoorziene omstandigheden, welke van dien aard zijn dat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de akte van vestiging niet van de eigenaar of de erfpachter kan worden gevergd. De waardevermeerdering van de grond komt de eigenaar, in casu dus de gemeente toe.

Beoordeel dit antwoord:


Gratis antwoord op juridische vraag

Stel vraag