Ik heb in 2007 een woning gekocht met een oprit ervoor. Die oprit dateerde nog uit de periode dat de woning samen met de twee woningen ernaast deel uitmaakte van een bedrijf. In 2005 heeft een aannemer de drie woningen opgekocht en de woningen weer teruggebracht in de staat van woning en deze gerenoveerd. Vanaf dat moment is de parkeerplaats van de woning jarenlang als tuin ingericht geweest. De gemeente heeft de oprit altijd laten liggen, er is nooit een stoeprand neergelegd.
Omdat er altijd gebrek aan parkeerplaats is in mijn straat en ik tzt een electrische auto wil kopen, die ik voor mijn huis kan opladen, heb ik er nu weer een parkeerplaats van gemaakt. Een van mijn buren heeft zijn auto voor mijn huis geparkeerd en daarmee mijn oprit geblokkeerd, zodat ik er niet meer in kon met mijn auto.
Volgens hem hoort de oprit niet bij mijn huis, maar had ik bij de gemeente een aanvraag in moeten dienen voor een vergunning om mijn auto op eigen terrein te parkeren. Ik ben in de veronderstelling dat ik daar niet opnieuw een vergunning voor aan hoef te vragen, omdat in mijn gemeente, Almelo, daarvoor slechts eenmalig rechten voor betaald hoeven worden en niet jaarlijks. Die rechten vervallen volgens mij niet bij de verkoop van de woning. Mijn overburen hebben al jaren een vergunning om op eigen terrein te parkeren en ook een oprit van de gemeente (er is daar geen stoeprand) en hebben eenmalig een bedrag betaald. Een andere overbuurvrouw heeft een paar jaar geleden het buurhuis gekocht met ook een oprit en daar niet opnieuw voor hoeven betalen.
Wie heeft gelijk? Had ik opnieuw een vergunning moeten aanvragen bij de gemeente of hoort het recht van oprit bij mijn woning?