Zakelijk, Arbeid, Schade
Particulier
U stelt dus dat de weduwe afstand heeft gedaan van het meerdere ter finale kwijting? Waaruit zal dat moeten blijken?
Uit uw toelichting maak ik op dat u de (schade)vordering van de weduwe in feite heeft afgekocht door haar eenmalig een bedrag van € 750,-- te betalen. Dit kan als een minnelijke regeling worden gezien, waarop de weduwe in principe niet meer kan terugkomen. Zij heeft de betaling aanvaard en heeft hiermee met uw aanbod voor een regeling ingestemd. Is de inhoud van de regeling op papier gesteld en is hierbij een uitdrukkelijk finale kwijting overeen gekomen? Als dit niet het geval is, wordt het bewijstechnisch erg lastig om aan te tonen dat de weduwe niets meer van u te vorderen heeft.